Extra informatie

Van Nelle

Dubbelklik op de afbeelding voor groot formaat

Uitzoomen
Inzoomen

Van Nelle

Monument van de vooruitgang

Auteur:Joris Molenaar, Frank Kaufmann

Uitgever:de Hef

ISBN: 978-90-6906-037-8

  • Hardcover
  • Nederlands
  • 294 pagina's
  • 15 sep. 2005

Al sinds de oplevering in 1930 wordt de Van Nelle fabriek internationaal erkend als een van de fraaiste voorbeelden van moderne architectuur. Het gebouw, dat is ontstaan op een snijpunt van economische, technische, sociale, wereldbeschouwelijke en culturele ontwikkelingen, heeft zijn uitstraling tot op de dag van vandaag behouden, ook nadat het een heel andere bestemming kreeg.

Het bedrijf in koffie, thee en tabak van de Erven De Wed. J. van Nelle maakte in de jaren twintig een periode van bloei door, gelijktijdig met de economische opleving van de haven van Rotterdam. Nadat de oude fabrieken, die verspreid over de binnenstad lagen te klein waren geworden, nam de jonge firmant Kees van der Leeuw het initiatief tot de bouw van een nieuwe fabriek in de weilanden van de Spaanse Polder. Zeer geïnteresseerd in architectuur en de modernste bouwtechnieken, werkte hij nauw samen met de architecten Brinkman en Van der Vlugt. Zijn sociaal-economische ideologie – waarin zowel ruimte was voor een zo efficiënt mogelijke bedrijfsvoering als voor de vermeende behoeften van de arbeiders – gekoppeld aan een uitgesproken voorkeur voor functionalistische architectuur en vormgeving leidde tot een open gebouw waar licht en lucht de vrije loop hadden. Met gebruik van de nieuwste materialen en zonder decoraties toe te passen was de fabriek één grote oefening in de esthetiek van de toenmalige avant-garde. Al direct na oplevering werd het complex beschouwd als icoon van het Nieuwe Bouwen; een venster op de wereld van morgen.

Na de overname van Van Nelle door de firma Sara Lee/Douwe Egberts in 1989 verloor de fabriek voorgoed zijn oorspronkelijke functie en werden nieuwe plannen gemaakt die het monument de 21ste eeuw in moesten loodsen. Er werd een formule bedacht voor het ontwikkelen van een ‘Ontwerpfabriek’, hetgeen betekende dat de inmiddels verouderde gebouwen, ingericht voor de productie van koffie, thee en tabak moesten worden omgevormd tot een multidisciplinair kantoorgebouw voor bedrijven in de culturele sector. Zowel voor de renovatiearchitecten, als uit oogpunt van monumentenzorg en projectontwikkeling leverde dat een boeiend spanningsveld op tussen enerzijds de grenzen van het oorspronkelijke ontwerp en de idealen die daaraan ten grondslag lagen en anderzijds de eisen van de toekomstige gebruikers. Met de transformatie tot Ontwerpfabriek is een nieuwe periode in het leven van de Van Nelle fabriek aangebroken. De unieke verschijning en uitstraling blijken nog altijd niet aan aantrekkingskracht te hebben ingeboet. De nominatie voor de Unesco wereldmonumentenlijst moet in dit licht worden bezien. Het is dan ook een passend moment om het verleden en heden van het ‘glazen paleis’ voor eens en voor altijd vast te leggen.

Het schrijversteam heeft, zich meer dan bewust van de bijzondere ontstaansgeschiedenis en levensloop van de Van Nelle fabriek, het onderwerp vanuit diverse invalshoeken benaderd. Het resultaat is echter niet een in jargon geschreven, saaie en uitputtende bundel van artikelen, noch een modieus relatiegeschenkenboek. Integendeel, het is een volledige, maar toegankelijke publicatie die in het verlengde ligt van de soms complexe, maar vooral rijke en veelzijdige geschiedenis van de fabriek.

Al sinds de oplevering in 1930 wordt de Van Nelle fabriek internationaal erkend als een van de fraaiste voorbeelden van moderne architectuur. Het gebouw, dat is ontstaan op een snijpunt van economische, technische, sociale, wereldbeschouwelijke en culturele ontwikkelingen, heeft zijn uitstraling tot op de dag van vandaag behouden, ook nadat het een heel andere bestemming kreeg.

Het bedrijf in koffie, thee en tabak van de Erven De Wed. J. van Nelle maakte in de jaren twintig een periode van bloei door, gelijktijdig met de economische opleving van de haven van Rotterdam. Nadat de oude fabrieken, die verspreid over de binnenstad lagen te klein waren geworden, nam de jonge firmant Kees van der Leeuw het initiatief tot de bouw van een nieuwe fabriek in de weilanden van de Spaanse Polder. Zeer geïnteresseerd in architectuur en de modernste bouwtechnieken, werkte hij nauw samen met de architecten Brinkman en Van der Vlugt. Zijn sociaal-economische ideologie – waarin zowel ruimte was voor een zo efficiënt mogelijke bedrijfsvoering als voor de vermeende behoeften van de arbeiders – gekoppeld aan een uitgesproken voorkeur voor functionalistische architectuur en vormgeving leidde tot een open gebouw waar licht en lucht de vrije loop hadden. Met gebruik van de nieuwste materialen en zonder decoraties toe te passen was de fabriek één grote oefening in de esthetiek van de toenmalige avant-garde. Al direct na oplevering werd het complex beschouwd als icoon van het Nieuwe Bouwen; een venster op de wereld van morgen.

Na de overname van Van Nelle door de firma Sara Lee/Douwe Egberts in 1989 verloor de fabriek voorgoed zijn oorspronkelijke functie en werden nieuwe plannen gemaakt die het monument de 21ste eeuw in moesten loodsen. Er werd een formule bedacht voor het ontwikkelen van een ‘Ontwerpfabriek’, hetgeen betekende dat de inmiddels verouderde gebouwen, ingericht voor de productie van koffie, thee en tabak moesten worden omgevormd tot een multidisciplinair kantoorgebouw voor bedrijven in de culturele sector. Zowel voor de renovatiearchitecten, als uit oogpunt van monumentenzorg en projectontwikkeling leverde dat een boeiend spanningsveld op tussen enerzijds de grenzen van het oorspronkelijke ontwerp en de idealen die daaraan ten grondslag lagen en anderzijds de eisen van de toekomstige gebruikers. Met de transformatie tot Ontwerpfabriek is een nieuwe periode in het leven van de Van Nelle fabriek aangebroken. De unieke verschijning en uitstraling blijken nog altijd niet aan aantrekkingskracht te hebben ingeboet. De nominatie voor de Unesco wereldmonumentenlijst moet in dit licht worden bezien. Het is dan ook een passend moment om het verleden en heden van het ‘glazen paleis’ voor eens en voor altijd vast te leggen.

Het schrijversteam heeft, zich meer dan bewust van de bijzondere ontstaansgeschiedenis en levensloop van de Van Nelle fabriek, het onderwerp vanuit diverse invalshoeken benaderd. Het resultaat is echter niet een in jargon geschreven, saaie en uitputtende bundel van artikelen, noch een modieus relatiegeschenkenboek. Integendeel, het is een volledige, maar toegankelijke publicatie die in het verlengde ligt van de soms complexe, maar vooral rijke en veelzijdige geschiedenis van de fabriek.

Recent bekeken