Tussen ongeveer 1545 en 1575 bracht Jacob van Deventer, die het vak van cartograaf leerde aan de Universiteit van Leuven, de steden van de Oude Nederlanden in kaart. In deze monumentale atlas worden voor de eerste keer alle 226 steden afgebeeld.
Jacob van Deventers kaarten zijn unieke kunstwerken en vormen een onschatbare informatiebron over de steden in de Lage Landen, de meest verstedelijkte regio van Europa. De stadsplattegronden worden geroemd om hun betrouwbaarheid, fraaie uitvoering en uniformiteit.
Over Van Deventers monsterproject, waaraan hij dertig jaar werkte, is verbluffend weinig bekend. In het eerste deel van dit boek komen leven en werk van de cartograaf grondig aan bod, doorspekt met nieuwe inzichten. De plattegronden van de 226 steden zijn in het tweede deel verrijkt met kaarten over de evolutie van de stad. Recente luchtfoto's maken duidelijk in hoeverre de plattegronden van de steden die Jacob van Deventer tekende zijn veranderd.
Op initiatief van uitgeverij THOTH deden de Vlaamse hoogleraar historische cartografie Bram Vannieuwenhuyze (UvA) en de Nederlandse historicus Reinout Rutte (TU Delft) vier jaar lang onderzoek naar het werk van Jacob van Deventer, onder meer in archieven en bibliotheken in Madrid, Simancas, Napels, Brussel, Den Haag en Kampen. Het onderzoek is gefinancierd door de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed, de Faculteit Bouwkunde van de TU Delft, de KU Leuven en de afdeling Cultureel Erfgoed van de Vlaamse overheid.
Tussen ongeveer 1545 en 1575 bracht Jacob van Deventer, die het vak van cartograaf leerde aan de Universiteit van Leuven, de steden van de Oude Nederlanden in kaart. In deze monumentale atlas worden voor de eerste keer alle 226 steden afgebeeld.
Jacob van Deventers kaarten zijn unieke kunstwerken en vormen een onschatbare informatiebron over de steden in de Lage Landen, de meest verstedelijkte regio van Europa. De stadsplattegronden worden geroemd om hun betrouwbaarheid, fraaie uitvoering en uniformiteit.
Over Van Deventers monsterproject, waaraan hij dertig jaar werkte, is verbluffend weinig bekend. In het eerste deel van dit boek komen leven en werk van de cartograaf grondig aan bod, doorspekt met nieuwe inzichten. De plattegronden van de 226 steden zijn in het tweede deel verrijkt met kaarten over de evolutie van de stad. Recente luchtfoto's maken duidelijk in hoeverre de plattegronden van de steden die Jacob van Deventer tekende zijn veranderd.
Op initiatief van uitgeverij THOTH deden de Vlaamse hoogleraar historische cartografie Bram Vannieuwenhuyze (UvA) en de Nederlandse historicus Reinout Rutte (TU Delft) vier jaar lang onderzoek naar het werk van Jacob van Deventer, onder meer in archieven en bibliotheken in Madrid, Simancas, Napels, Brussel, Den Haag en Kampen. Het onderzoek is gefinancierd door de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed, de Faculteit Bouwkunde van de TU Delft, de KU Leuven en de afdeling Cultureel Erfgoed van de Vlaamse overheid.