Bibliotheken, stadhuizen, stations, winkels, scholen, schouwburgen, strikt genomen zijn het geen openbare ruimten, maar zo gebruiken we ze wel. Een levendige stad heeft tal van verblijfsplekken, uiteraard buiten in de openbare ruimte, maar ook in gebouwen die zich daarvoor lenen. Die overdekte ruimten zijn overgangszones tussen openbaar en privé en bieden stedelingen en bezoekers gelegenheid voor informele en onverwachte ontmoetingen, met meer of minder beschutting tegen het klimaat, het verkeer en het rumoer van de stad. Het stedelijke leven houdt niet op bij de rooilijn.
‘Binnen in de stad’ beschouwt en analyseert publieke interieurs als onderdeel van de stad. Het gaat na hoe die opgenomen kunnen worden in het stedelijk weefsel en soms ook niet vanwege nachtelijke sluitingen of andere beperkende maatregelen. Naast de rijke geschiedenis worden perspectieven geschetst voor nieuwe publieke interieurs die ontstaan door actuele maatschappelijke ontwikkelingen.
Bibliotheken, stadhuizen, stations, winkels, scholen, schouwburgen, strikt genomen zijn het geen openbare ruimten, maar zo gebruiken we ze wel. Een levendige stad heeft tal van verblijfsplekken, uiteraard buiten in de openbare ruimte, maar ook in gebouwen die zich daarvoor lenen. Die overdekte ruimten zijn overgangszones tussen openbaar en privé en bieden stedelingen en bezoekers gelegenheid voor informele en onverwachte ontmoetingen, met meer of minder beschutting tegen het klimaat, het verkeer en het rumoer van de stad. Het stedelijke leven houdt niet op bij de rooilijn.
‘Binnen in de stad’ beschouwt en analyseert publieke interieurs als onderdeel van de stad. Het gaat na hoe die opgenomen kunnen worden in het stedelijk weefsel en soms ook niet vanwege nachtelijke sluitingen of andere beperkende maatregelen. Naast de rijke geschiedenis worden perspectieven geschetst voor nieuwe publieke interieurs die ontstaan door actuele maatschappelijke ontwikkelingen.