Extra informatie

PUBLIEKE WERKEN. Hoeksteen van de Amsterdamse School 1915-1935 | Pim van Schaik | Stokerkade cultuurhistorische uitgeverij | 9789079156382

Dubbelklik op de afbeelding voor groot formaat

Uitzoomen
Inzoomen

PUBLIEKE WERKEN

hoeksteen van de Amsterdamse School 1915-1935

Auteur:Pim van Schaik

Uitgever:Stokerkade cultuurhistorische uitgeverij

ISBN: 978-9079156382

  • Hardcover
  • Nederlands
  • 288 pagina's
  • 13 feb. 2018

In de opwindende bloeitijd van de Amsterdamse School, ruwweg tussen 1915 en 1935, werkten enige van de meest begaafde architecten korter of langer voor de Dienst der Publieke Werken. Zo was het befaamde ‘Amsterdamse School-trio’ Michel de Klerk, Piet Kramer en Joan van der Meij deeltijds in dienst bij deze gemeentelijke instelling. Publieke Werken hield zich enerzijds bezig met de aanleg en het onderhoud van wegen, bruggen en beplantingen, en bouwde anderzijds dat het een lieve lust was. Met name de afdeling Gebouwen ontwierp onder meer het Stadhuis aan de Oudezijds Voorburgwal, de Centrale Markthallen, tientallen scholen, universiteitsgebouwen, badhuizen en kantoren. Daarnaast deed ze de vormgeving van transformatorhuisjes en straatmeubilair.


Publieke Werken koos bewust voor Amsterdamse School-architecten. Directeur Andries Bos wilde daarop ‘moderne’, eigentijdse architecten. Zelf haalde hij in 1911 Joan van der Meij binnen, met in zijn kielzog Piet Kramer. Hij stimuleerde Allard Hulshoff, in 1915 benoemd tot directeur van de afdeling Gebouwen, om meer talent aan te trekken. Zo kwamen Nico Lansdorp, Gerrit Jan Rutgers, Albert Boeken en Ad Grimmon (‘architect-intérieur’) erbij; Anton Kurvers en Pieter Marnette werden ontwerpers van straatmeubilair en Hildo Krop ging het beeldhouwwerk verzorgen.


Bos en Hulshoff hechtten eraan dat hun architecten intensief samenwerkten, waardoor er een herkenbare huisstijl ontstond, sterk beïnvloed door het creatieve gedachtengoed van de Amsterdamse School. Het resultaat is gelukkig nog overal in Amsterdam te zien en wordt nu getoond in dit prachtig geïllustreerde overzicht, waarin deze publieke werken een bijzonder en persoonlijk gezicht krijgen.

In de opwindende bloeitijd van de Amsterdamse School, ruwweg tussen 1915 en 1935, werkten enige van de meest begaafde architecten korter of langer voor de Dienst der Publieke Werken. Zo was het befaamde ‘Amsterdamse School-trio’ Michel de Klerk, Piet Kramer en Joan van der Meij deeltijds in dienst bij deze gemeentelijke instelling. Publieke Werken hield zich enerzijds bezig met de aanleg en het onderhoud van wegen, bruggen en beplantingen, en bouwde anderzijds dat het een lieve lust was. Met name de afdeling Gebouwen ontwierp onder meer het Stadhuis aan de Oudezijds Voorburgwal, de Centrale Markthallen, tientallen scholen, universiteitsgebouwen, badhuizen en kantoren. Daarnaast deed ze de vormgeving van transformatorhuisjes en straatmeubilair.


Publieke Werken koos bewust voor Amsterdamse School-architecten. Directeur Andries Bos wilde daarop ‘moderne’, eigentijdse architecten. Zelf haalde hij in 1911 Joan van der Meij binnen, met in zijn kielzog Piet Kramer. Hij stimuleerde Allard Hulshoff, in 1915 benoemd tot directeur van de afdeling Gebouwen, om meer talent aan te trekken. Zo kwamen Nico Lansdorp, Gerrit Jan Rutgers, Albert Boeken en Ad Grimmon (‘architect-intérieur’) erbij; Anton Kurvers en Pieter Marnette werden ontwerpers van straatmeubilair en Hildo Krop ging het beeldhouwwerk verzorgen.


Bos en Hulshoff hechtten eraan dat hun architecten intensief samenwerkten, waardoor er een herkenbare huisstijl ontstond, sterk beïnvloed door het creatieve gedachtengoed van de Amsterdamse School. Het resultaat is gelukkig nog overal in Amsterdam te zien en wordt nu getoond in dit prachtig geïllustreerde overzicht, waarin deze publieke werken een bijzonder en persoonlijk gezicht krijgen.

Recent bekeken