Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd er in Nederland weinig gebouwd, afgezien van verdedigingswerken. Daardoor wordt deze periode in veel architectuurgeschiedenissen min of meer overgeslagen. Dat betekent echter niet dat er niets gebeurde. De Duitse bezettingsmacht installeerde de Nederlandsche Kultuurkamer, die onder andere de opdracht kreeg om de architectuur op nationaalsocialistische leest te schoeien. Het ging daarbij niet alleen om de ideologische aspecten van het vak maar ook om de praktische, zodat de Bond van Nederlandse Architecten opgeheven zou kunnen worden. In het kielzog van de machtsstrijd die zich ontspon, ontstonden verschillende ideeën over een nieuwe architectuur.
Bouwkunst en de Nieuwe Orde richt zich op architecten die werden aangeklaagd, en vaak veroordeeld, wegens collaboratie. Net als alle andere Nederlanders konden zij worden berecht via het Bijzonder Strafrecht. Voor ‘lichtere’ gevallen werd een Ereraad voor Architectuur opgericht, waarin vakgenoten het gedrag van collega’s moesten beoordelen. Hoewel dit werk van naming en shaming achteraf alom als een mislukking werd beschouwd, hebben de uitspraken grote invloed gehad op de beeldvorming over de betrokkenen. De reputaties van een hele generatie architecten werden erdoor gered of gebroken.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd er in Nederland weinig gebouwd, afgezien van verdedigingswerken. Daardoor wordt deze periode in veel architectuurgeschiedenissen min of meer overgeslagen. Dat betekent echter niet dat er niets gebeurde. De Duitse bezettingsmacht installeerde de Nederlandsche Kultuurkamer, die onder andere de opdracht kreeg om de architectuur op nationaalsocialistische leest te schoeien. Het ging daarbij niet alleen om de ideologische aspecten van het vak maar ook om de praktische, zodat de Bond van Nederlandse Architecten opgeheven zou kunnen worden. In het kielzog van de machtsstrijd die zich ontspon, ontstonden verschillende ideeën over een nieuwe architectuur.
Bouwkunst en de Nieuwe Orde richt zich op architecten die werden aangeklaagd, en vaak veroordeeld, wegens collaboratie. Net als alle andere Nederlanders konden zij worden berecht via het Bijzonder Strafrecht. Voor ‘lichtere’ gevallen werd een Ereraad voor Architectuur opgericht, waarin vakgenoten het gedrag van collega’s moesten beoordelen. Hoewel dit werk van naming en shaming achteraf alom als een mislukking werd beschouwd, hebben de uitspraken grote invloed gehad op de beeldvorming over de betrokkenen. De reputaties van een hele generatie architecten werden erdoor gered of gebroken.