Extra informatie

Nieuwe kansen voor de galerijflat. Ideeën en aanbevelingen voor de komende vijftig jaar | Ruud Brouwers, Dick de Gunst, Hans van Heeswijk | 9789080363571

Dubbelklik op de afbeelding voor groot formaat

Uitzoomen
Inzoomen

Nieuwe kansen voor de galerijflat

Ideeën en aanbevelingen voor de komende vijftig jaar

Auteur:Ruud Brouwers, Dick de Gunst, Hans van Heeswijk

Uitgever:NDCC

ISBN: 978-90-8036-357-1

  • Paperback
  • Nederlands
  • 216 pagina's
  • 5 nov. 2013

Het boek 'Nieuwe kansen voor de galerijflat. Ideeën en aanbevelingen voor de komende vijtig jaar' snijdt een actueel en maatschappelijk relevant thema aan: hoe de flatgebouwen uit de jaren '60 en '70 te verbeteren zodat ze weer dertig jaar mee kunnen in plaats van ze te slopen.


Auteur Ruud Brouwers plaatst in het boek de ontwikkeling van dit omstreden bouwtype in een aantal essays in historische context. Co-auteurs, architecten Dick de Gunst en Hans van Heeswijk tonen vervolgens in het grootste deel van het boek aan de hand van een aantal praktijkvoorbeelden aan met welke ingrepen je het verschil kunt maken en de neerwaartse spiraal kunt keren.

Dit boek gaat over optimisme in de volkshuisvesting, over architectuur en galerijflatgebouwen. Door de industrialisatie van het bouwproces konden er in de jaren zestig van de vorige eeuw in korte tijd grote aantallen nieuwe woningen gebouwd worden. Dit betekende de oplossing voor de ellendige naoorlogse woningnood en een grote sprong vooruit in de kwaliteit van de sociale woning: ruime woningen, flinke bad-kamers, woningbrede balkons en riant uitzicht. Afhankelijk van goed beheer zijn de galerijflats geliefd bij de bewoners.

Destijds zijn de galerijflatgebouwen snel neergezet in een kale omgeving. Door uitbreiding van stedelijke gebieden staan ze nu vaak prominent in de stad, met voorzieningen en openbaar vervoer in de buurt. Meer dan vijftig jaar oud zijn ze toe aan renovatie. Dit is het moment voor stedenbouwkundige en architectonische verfijning. Slim ontworpen voorbeelden laten zien wat de architectonisch verrassende mogelijkheden zijn.

De galerijflatgebouwen zijn in een nauwe samenwerking van overheid, corporaties, bouwondernemingen en architecten gemaakt. Eenzelfde vorm van eendrachtige samenwerking is nodig voor de nieuwe bouwopgave: het verbeteren van wijken, buurten en woningen. Het elan dat aan de galerijflat ten grondslag ligt vormt hiervoor een bron van inspiratie, terwijl het architectonisch perspectief verleidelijk is.

Het boek 'Nieuwe kansen voor de galerijflat. Ideeën en aanbevelingen voor de komende vijtig jaar' snijdt een actueel en maatschappelijk relevant thema aan: hoe de flatgebouwen uit de jaren '60 en '70 te verbeteren zodat ze weer dertig jaar mee kunnen in plaats van ze te slopen.


Auteur Ruud Brouwers plaatst in het boek de ontwikkeling van dit omstreden bouwtype in een aantal essays in historische context. Co-auteurs, architecten Dick de Gunst en Hans van Heeswijk tonen vervolgens in het grootste deel van het boek aan de hand van een aantal praktijkvoorbeelden aan met welke ingrepen je het verschil kunt maken en de neerwaartse spiraal kunt keren.

Dit boek gaat over optimisme in de volkshuisvesting, over architectuur en galerijflatgebouwen. Door de industrialisatie van het bouwproces konden er in de jaren zestig van de vorige eeuw in korte tijd grote aantallen nieuwe woningen gebouwd worden. Dit betekende de oplossing voor de ellendige naoorlogse woningnood en een grote sprong vooruit in de kwaliteit van de sociale woning: ruime woningen, flinke bad-kamers, woningbrede balkons en riant uitzicht. Afhankelijk van goed beheer zijn de galerijflats geliefd bij de bewoners.

Destijds zijn de galerijflatgebouwen snel neergezet in een kale omgeving. Door uitbreiding van stedelijke gebieden staan ze nu vaak prominent in de stad, met voorzieningen en openbaar vervoer in de buurt. Meer dan vijftig jaar oud zijn ze toe aan renovatie. Dit is het moment voor stedenbouwkundige en architectonische verfijning. Slim ontworpen voorbeelden laten zien wat de architectonisch verrassende mogelijkheden zijn.

De galerijflatgebouwen zijn in een nauwe samenwerking van overheid, corporaties, bouwondernemingen en architecten gemaakt. Eenzelfde vorm van eendrachtige samenwerking is nodig voor de nieuwe bouwopgave: het verbeteren van wijken, buurten en woningen. Het elan dat aan de galerijflat ten grondslag ligt vormt hiervoor een bron van inspiratie, terwijl het architectonisch perspectief verleidelijk is.


Ruud Brouwers (1939) is architectuurcriticus en adviseur op het gebied van architectuur, stedelijke ontwikkeling en architectuurbeleid. Als oprichter en hoofdredacteur van het tijdschrift wonen-TA/BK (later ARCHIS), gaf hij in de jongste jaren zeventig een impuls aan de herwaardering van de traditionele stad. Later was hij een van de oprichters van het Nederlands Architectuurinstituut (NAi), lid van het bestuur van ICAM (International Confederation of Architectural Museums), initiatiefnemer en hoofdredacteur van het Jaarboek Architectuur in Nederland en oprichter van de Stichting BONAS (Bibliografieën en Oeuvrelijsten van Nederlandse Architecten en Stedenbouwers). Van 1997 tot eind 2002 was Brouwers directeur van het Stimuleringsfonds voor Architectuur. Hij is de auteur van tal van publicaties, de afgelopen jaren vooral gewijd aan de sociaal-culturele transformatie van naoorlogse stedelijke gebieden.

Dick de Gunst (1969) studeerde in 1994 af als bouwkundig ingenieur aan de faculteit Bouwkunde van de T.U. in Delft. Tijdens zijn studie werkte hij bij ERA Bouw Zoetermeer, bij Erözü Architects in Istanbul en architectenburo Verheijen Verkoren de Haan in Leiden. Vanaf 1995 is De Gunst werkzaam bij Hans van Heeswijk architecten in Amsterdam, sinds 2003 als mede-directeur. Bij de woningbouwrenovaties ligt zijn grootste passie, omdat daarbij zeer uiteenlopende thema’s zoals de sociale aspecten, stedenbouwkundige inpassing, architectonische kwaliteit, bouwtechniek en -historie, kosten, exploitatie en duurzaamheid met elkaar in balans dienen te worden gebracht. De Gunst was verantwoordelijk voor de projectbegeleiding en realisatie van diverse grotere projecten zoals Hermitage Amsterdam, Cultureel Educatief Centrum Ganzenhoef, Gemeentehuis Lansingerland en alle renovatieprojecten in dit
boek.


Hans van Heeswijk
(1952) studeerde in 1980 af aan de faculteit Bouwkunde van de T.U. in Delft en vestigde in 1985 zijn bureau Hans van Heeswijk architecten in Amsterdam. Het brede werkterrein omvat naast restauraties van monumentale gebouwen, het ontwerpen van gemeentehuizen, woningbouw en bruggen, ook interieurs en productontwikkeling. Na een grondige transformatie werd in 2009 museum Hermitage Amsterdam gerealiseerd. In 2014 heropent het gerestaureerde en uitbreide Mauritshuis in Den Haag en een nieuw Museum voor Modern Realisme wordt in 2015 opgeleverd in Gorssel. Hij doceerde 12 jaar aan de Academie van Bouwkunst Amsterdam en is actief met talrijk advies- en onderzoekswerk op het gebied van infrastructuur en stedenbouw. Van Heeswijk was bestuurslid van de BNA (2006 – 2012) en is regelmatig lid van jury's en adviescommissies.

Recent bekeken